Hoe communiceer jij ?
De Karpman- driehoek
Dramadriehoek
De dramadriehoek werd ontworpen door Dr. Stephen Karpman. Dit model beschrijft het gedrag waardoor samenwerking en communicatie belemmerd worden. Je houding kost je veel energie en zorgt ervoor dat je in een bepaalde vicieuze cirkel terecht komt. Onbewust hebben mensen soms verborgen bijbedoelingen die gaan bepalen hoe ze gaan communiceren. Er wordt van uitgegaan dat je 1 of meer posities kan innemen in een situatie. Het is een uitdaging om jezelf en je relaties geregeld onder de loep te nemen. Door hiermee aan de slag te gaan, merk je welke patronen vaak terugkomen. Je zal zien dat als je dagelijks even bij je dag stilstaat, je wel een situatie kan bedenken waar je jezelf in één van de posities van de driehoek hebt bevonden. Door dit inzicht herken je je gevoelens en gedrag en kan je hier op inspelen. Je zal meer energie overhouden en de regie over je interacties beter kunnen managen.
Een positieve instelling, een gevoel van gelijkwaardigheid en verantwoordelijkheid zijn de beste middelen om de kwaadaardige cirkel te doorbreken.
In de dramadriehoek kan je één of meer posities innemen wanneer je anderen manipuleert om er zelf voordeel mee te doen. Terwijl mensen denken goede bedoelingen te hebben, zijn de onbewuste bijbedoelingen dus negatief voor de communicatie. Dit gedrag vertoon je om je bijvoorbeeld kortstondig beter te voelen, jezelf te sussen, je zin/gelijk te krijgen, je verantwoordelijkheid niet te moeten nemen,…
De drie rollen in dit model zijn:
-Het slachtoffer heeft hoge verwachtingen van anderen en lage verwachtingen van zichzelf. Deze persoon neemt weinig verantwoordelijkheid en legt deze bij een ander.
-De aanklager heeft hoge verwachtingen van anderen en legt verantwoordelijkheid buiten zichzelf.
-De redder: negeert zijn/haar eigen verantwoordelijkheid en neemt verantwoordelijkheid over van een ander.
De redder heeft lage verwachtingen van anderen en voelt zich superieur.
Slachtoffer
Het slachtoffer voelt zich machteloos, hopeloos en verloren. Het slachtoffer wil geen verantwoordelijkheid dragen en keuzes maken. Door angst voor incompetentie worden vaak anderen ingeschakeld. Het slachtoffer vraagt graag om hulp. Typische zinnen in de conversatie zijn: “Wat ben jij toch geweldig.”, “Ik kan het niet.”, “Ik ben er niet goed in.”, “Dit lukt me nooit”.
Als de hulp die het slachtoffer verwacht niet wordt geboden, dan voelt hij/zij zich achtergesteld, benadeeld en onbegrepen. Het slachtoffer kan niet goed om met feedback en ervaart het als een persoonlijke aanval. Soms zal het slachtoffer dit ook communiceren naar anderen in de - ocharme ik- stijl.
Bijvoorbeeld: “Kan je dit nou geloven dat…” ,“Iedereen is tegen mij.” ,“Ik heb ook altijd pech.”, “Men heeft mij dit aangedaan waardoor...”, “Het is niet mijn schuld dat…”, “ Dat is niet eerlijk.”.
Ze kan dan defensief en niet empatisch reageren, omdat zij haar eigen gevoel belangrijker vindt dan dat van de ander. Meestal neemt ze niet haar eigen rol op zich (hoe klein ook) en weigert ze zich te verontschuldigen. Ze doet weinig tot geen moeite om de situatie te verbeteren, al beweert ze ”alles te hebben gedaan wat ze kon”. Het slachtoffer begint haar zin vaak met “ja maar...” als anderen een oplossing voor het probleem voorstellen.
Aanklager
De aanklager beschouwt andere mensen als minderwaardig, bekritiseert de andere (vaak de redder) en verwijt het slachtoffer. De aanpak is bestraffend, gefrustreerd en agressief in taal en houding (altijd, nooit). Een aanklager heeft een slachtoffer nodig om in deze rol te staan. De aanklager heeft hoge verwachtingen van anderen. (Betweter en dramatisch.) Ze vinden zichzelf streng, maar rechtvaardig en denken anderen te kunnen verbeteren. Ze geven anderen de schuld als ze hun instructies niet volgen en wanneer er dan iets verkeert loopt. (“Ik zei het toch” type). Een aanklager heeft angst om zelf slachtoffer te worden. Deze personen zijn vaak controlerend en onbeleefd.
Ze beginnen hun zin vaak met “jij” bijvoorbeeld: “Je kan ook helemaal niets.”, “ Het is iedere keer hetzelfde met jou.”, “Je kan nooit eens doen wat ik van je vraag.”, “Je hebt het voor ons allemaal verpest. “Jij denkt alleen maar aan jezelf.”.
Redder
De redder biedt veel en ongevraagd hulp en advies, zonder te vragen of de persoon op die hulp zit te wachten.
Een redder maakt een slachtoffer van de ander, omdat die het vermogen van die persoon om zelf te handelen miskent. Door die afhankelijk makende hulp zeggen ze eigenlijk dat je niet weet hoe het moet. Ze denken het beter te weten en ze gedragen zich superieur.( Luister maar naar mij). Redders willen de problemen voor je oplossen, terwijl ze hun eigen leven verwaarlozen. Ze willen graag voor anderen zorgen en hebben dit nodig om zich goed en waardig te voelen. Typische zinnen zijn bijvoorbeeld: “Laat mij dat maar even doen. “ ,“Ik help je wel.”, “Als ik jouw was zou ik… “.
De redder verwacht dankbaarheid voor zijn/haar hulp. Ze gebruiken vaak schuldgevoelens om het slachtoffer afhankelijk te houden van de hulp. Ze zijn vaak overwerkt en er ontstaat wrevel als je er wat van zegt.
Bijvoorbeeld: “Na alles wat ik voor je gedaan heb, is dit hoe je me behandelt. ”, “ Ik deed het alleen om goed te doen.”, “Kan er geen bedankje af? ”, “Doe het dan zelf als je het beter weet.”, “Als je mijn hulp niet apprecieert, hoef je later ook niet met hangende pootje terug te komen.”. De rol van de redder verplaatst zich vaak naar de aanklager of het slachtoffer wanneer het slachtoffer uit zijn rol wil.

Kom uit dramadriehoek door de rollen te transformeren in de winnaarsdriehoek
Winnaarsdriehoek
-assertief
-de helper
-de realist
Hierin neemt iedereen zijn verantwoordelijkheid en heerst er een “Ik ben ok, jij bent ok.” houding.
Redder --> helper: De helper biedt hulp. Het is aan de anderen om te besluiten of ze er gebruik van maken of niet. De helper stelt de andere gelijk door haar keuzes het respecteren. Een helper is een empathische, ondersteunende luisteraar.
Het slachtoffer --> realist. In plaats van te klagen, stelt de realist vragen en maakt opmerkingen. Een realist vraagt advies en hulp na het zelf te hebben geprobeerd. Een realist erkent de angst die samenvalt met beslissingen nemen en neemt (enkel) haar/zijn eigen verantwoordelijkheid.
De aanklager --> assertief. Als je assertief bent, kan je nog steeds boos of geïrriteerd raken. De kunst is om feedback te geven zonder oordeel. Wanneer je assertief bent, geef je je grenzen aan en zeg je wat je echt denkt en voelt zonder de ander daarbij te kwetsen. Wees verantwoordelijk voor je eigen reacties op het gedrag van anderen.
Opdracht: Reflecteer dagelijks even over recente communicatie met mensen in je leven. Plaats jezelf in de verschillende rollen die je hebt ingenomen die dag. Bekijk ook eens de communicatie met de mensen waar je een conflict mee hebt en plaats jezelf en de anderen in een rol. Schrijf dit in puntjes of teken de driehoek na. Kijk wat het fijnste werkt.

Algemene tips na het onderzoeken van de rollen.
-Als je vaak in de rol van redder zit: Oefen je zelfwaarde door jezelf eigen tijd te gunnen. Wanneer je overwerkt, uitgeput, ongeorganiseerd en moe bent. Ben je van weinig nut voor jezelf en/of de mensen waar je om geeft, maak dan een lijst over wat jou gaat helpen je leven op orde te krijgen.
-In geval van de aanklager: Daag de ander uit in plaats van kritiek te geven. Toon geduld en stimuleer op een positieve manier. Moedig aan in plaats van te ontmoedigen om resultaten te krijgen. Mensen doen hun best met wat ze hebben en wat ze weten. Toon empathie terwijl je ze motiveert om aan zichzelf te werken. Laat de ander haar/zijn eigen pad bewandelen op hun eigen manier.
-In geval van slachtoffer
Apprecieer wat je wel kan controleren of veranderen en spendeer minder tijd en energie aan de oneerlijkheid in de wereld waar je geen controle over hebt. Schrijf over dingen waar je dankbaar voor bent en dingen die je hoopt te bereiken in de toekomst. Als je je overspoeld voelt door onrechtvaardigheid in de wereld, sluit je dan aan bij een groep en om een positief verschil te maken. Zie jezelf als een overlever die moeilijke situaties heeft omgedraaid en er sterker is uitgekomen.
Wat kan je oefenen?
Zeg vaker “neen” als iemand op een negatieve manier contact met je legt. Je hoeft er niet in mee te gaan.
Vraag je het volgende af als je steeds in conflict geraakt met dezelfde persoon: Waarom is deze persoon mijn leven en waarom wil ik deze relatie behouden? Wat is mijn aandeel in deze situatie? Kan/wil ik daar iets aan veranderen?
Het komt dus neer op de 3 a’s :
-Accountability: Waar ben ik verantwoordelijk voor?
-Assertiveness : Wat kan ik zeggen/ duidelijk maken? (IK-vorm)
- Action: Wat kan ik doen om uit dramadriehoek te komen?